Zorg en begeleiding: een cyclisch proces
We volgen de leerlingen in een cyclisch proces. Vanuit toetsresultaten, dagelijks werk en observaties zetten we leerlingen in de juiste instructiegroepen, zodat we de onderwijsbehoeften van elk kind kunnen vertalen naar de dagelijkse praktijk. Instructiegroepen kunnen verschillen per dag, per week, per vakgebied of per onderwerp. Zo streven we ernaar dat elk kind het onderwijs krijgt dat hij of zij nodig heeft. We bespreken regelmatig de resultaten met de leerlingen, collega’s en met de ouders. Een groot deel van de gegevens wordt digitaal bewaard.
Intern Begeleider en basisondersteuning
De intern begeleider is verantwoordelijk voor de leerlingenzorg en heeft coördinerende en begeleidende taken. Ze helpt leerkrachten en ouders met hulpvragen over kinderen.
Het onderwijs op de basisschool is zo ingericht dat het past bij de mogelijkheden van een leerling. Dit noemen we basisondersteuning.
Maar soms lukt het de school niet om dit onderwijs te geven. Dan volgt een gesprek met de leerling en ouder(s). Samen wordt gekeken wat nodig is en wat de school nog kan. Voor kinderen binnen onze basisschool die onvoldoende hebben aan de basisondersteuning, onderzoeken we wat nodig is om hen binnen onze eigen school te laten blijven met een passend aanbod. Met deze kinderen stellen wij een OPP (Ontwikkelings Perspectief Plan) op. Het gaat om kinderen die na de basisschool uitstromen naar Praktijkonderwijs, kinderen die een arrangement krijgen vanuit de middelen voor zware ondersteuning van het samenwerkingsverband en kinderen die zeer waarschijnlijk gaan uitstromen naar gespecialiseerd onderwijs.
We brengen samen zo goed mogelijk in kaart waar de sterke kanten van het kind liggen en wat het kind belemmert in zijn ontwikkeling. We stellen vast wat het kind kan en wat het nog moet leren en hoe dat georganiseerd wordt binnen de eigen school. Er wordt een passend plan geschreven bij de ondersteuningsbehoeften van het kind.
De intern begeleider speelt hierbij een belangrijke rol en vanuit Viviani kijkt een medewerker van het bovenschools ondersteuningsteam mee. Ouders en kind tekenen voor instemming met het deel waarin beschreven staat hoe het plan uitgevoerd gaat worden. In tussentijdse gesprekken met leerling, ouders en andere betrokkenen, kan het plan worden bijgesteld. Deze evaluatie vindt tenminste 2x per jaar plaats.
DOA
Als er meer ondersteuning nodig is voor een leerling zoekt de leerkracht contact met de intern begeleider van de school. Als ze er samen niet uitkomen kan de ib’er contact opnemen, met toestemming van de ouders, met het bovenschoolse ondersteuningsteam van Viviani. Als in gezamenlijk overleg blijkt dat het Samenwerkingsverband nodig is, wordt er opgeschaald. Het DOA team (Domein Overstijgende Analyse) kan worden ingeschakeld. In dit team kunnen verschillende deskundigen vanuit onderwijs én zorg meedenken over een goed plan.
Hier vind u een grafische uitleg van de basisondersteuning.
Hier vind u informatie m.b.t. hoorrecht.
Toetsen en observeren
We maken gebruik van de methode-onafhankelijke toetsen van BOOM. Dat doen we voor rekenen, lezen, spelling en begrijpend lezen. Deze toetsen gebruiken we om de ontwikkeling van een leerling over langere tijd te volgen en om leerlingen te vergelijken met een normgroep. De uitslagen van deze toetsen geven de leerkracht inzicht waar de desbetreffende leerling staat op de leerlijn. Om systematisch te toetsen gebruiken we een toetskalender. Door de toetsen elk jaar op dezelfde momenten af te nemen, is de ontwikkeling eerlijker en objectiever te meten. De BOOM toetsen worden afgenomen in november en april. In het testcentrum van BOOM kunnen de toetsen geanalyseerd worden.
Veel vaker wordt er getoetst met methode-afhankelijke toetsen. Die geven de leerkracht een goede indruk of de kinderen het onderwijsaanbod in de weken ervoor goed hebben opgepakt. De toetsen geven aan waar de leerkracht op moet bijsturen, zodat er geen hiaten zullen ontstaan. Minstens zo belangrijk is de dagelijkse observatie van de leerkrachten. Op sociaal-emotioneel gebied werken wij met het volgsysteem “Kindbegrip”, aangevuld met eigen gemaakte vragenlijsten. Deze manier van volgen geeft ons een goed beeld van het functioneren van het kind op dit gebied en geeft ons handreikingen om het kind te ondersteunen waar dat nodig is. De gegevens verwerken we in een plan van aanpak.
.